Een politieke aardverschuiving. Een monsterzege. Een historische verkiezingsuitslag. Zo omschrijven de media de overwinning van de PVV bij de Tweede Kamerverkiezingen. Volgens een prognose van de Verkiezingsdienst van het ANP bemachtigt de partij van lijsttrekker Geert Wilders maar liefst 37 zetels.

Daarmee stijgt de PVV met kop en schouders boven de andere politieke partijen uit. GroenLinks-PvdA, de VVD en NSC volgen voorlopig op ruime afstand met respectievelijk 25, 24 en 20 zetels.

Het kabinet-Wilders I lijkt daarmee een reële optie. “De PVV wil samenwerken met andere partijen”, zei Wilders woensdagavond in zijn overwinningsspeech. Alleen de VVD van Dilan Yesilgöz en NSC van Pieter Omtzigt zouden hem al aan een meerderheid kunnen helpen in de Tweede Kamer.

Wilders, die een aantal jaar geleden nog veroordeeld werd voor zijn omstreden ‘minder Marokkanen’-uitspraak, zou dus Mark Rutte van de VVD kunnen opvolgen als premier.

Dat vooruitzicht kwam ter sprake tijdens het slotdebat van de NOS op dinsdag. "Als mijn partij groot wordt en ik zou de eer hebben om premier van Nederland te worden, dan ben ik dat voor alle Nederlanders", zei Wilders. Daarop reageerde Yesilgöz: "Ik denk dat er niemand is die dat gelooft, de heer Wilders zelf ook niet."

Eerder op dinsdag stelde de lijsttrekker van de VVD dat meeregeren met 'premier Wilders' voor haar geen optie is. In reactie op de eerste exitpoll zei Yesilgöz: "Het voortouw ligt niet bij ons."

Dit gesteggel roept de vraag op: kan iemand anders dan Wilders nog premier worden na zijn monsterzege?

De grootste partij hoeft niet de premier te leveren

Wilders hoeft ondanks zijn verkiezingsoverwinning niet per se premier te worden. Immers is nergens in het staatsrecht vastgelegd dat de grootste partij de minister-president moet leveren.

Dit automatisme is er sinds de jaren tachtig van de vorige eeuw ingeslopen, mogelijk door de toenemende media-aandacht voor de Amerikaanse verkiezingen en het presidentiële systeem.

Voor 1970 gebeurde het geregeld dat de winnaar van de verkiezingen niet de premier leverde. Daarna kwam het drie keer voor.

Zo werd in 1971 Barend Biesheuvel premier als leider van de vierde partij in de Tweede Kamer, de ARP. Hij werd gezien als de voorman van de drie christendemocratische partijen (KVP, ARP en CHU) die later het CDA zouden vormen.

In 1977 behaalde de PvdA de meeste stemmen, maar de partij slaagde er niet in om met het CDA tot een akkoord te komen over een regering. Daarop ging het CDA met de VVD in zee en kon christendemocraat Dries van Agt beginnen aan zijn eerste termijn als premier.

Hetzelfde gebeurde in 1982, toen de PvdA als grootste partij geen deel uitmaakte van het eerste kabinet van CDA'er Ruud Lubbers.

Wordt Geert Wilders aan de kant geschoven?

Of 2023 aan dat lijstje kan worden toegevoegd, blijft afwachten. De PVV zal mogelijk een centrum-rechtse coalitie willen vormen met de VVD, BBB en NSC, zei Wilders woensdag in reactie op de eerste exitpoll. Of die partijen willen meeregeren en Wilders als premier kunnen aanvaarden, is nog maar de vraag.

Zonder de PVV is het lastig om aan een meerderheid van 76 zetels in de Tweede Kamer te komen.

Mocht Wilders geen coalitie kunnen vormen, dan zou een optie kunnen zijn: GroenLinks-PvdA, VVD, NSC en D66. Samen komen die partijen op het moment van schrijven uit op een krappe meerderheid van 78 zetels. Dan moet dus wel het hele politieke spectrum, van links tot rechts, bij elkaar komen.

Een andere optie zou een minderheidskabinet zijn. Maar de geschiedenis leert dat een regering zonder meerderheid het niet lang volhoudt. Een op de vijf minderheidskabinetten zit de rit uit.

LEES OOK: Geen immigratie, veiligheid op straat en betaalbare zorg: dit zijn belangrijke standpunten van de PVV, de grote winnaar van de verkiezingen